U bent hier
Niet overhaast beslissen over autovrije Nationalestraat
N-VA-districtsraadslid Koen Kennis heeft ernstige vragen bij de grootse plannen van schepen Van Campenhout om de Nationalestraat autovrij te maken. Hij raadt zijn collega’s politici aan eerst te denken en dan te doen want anders zouden de gevolgen voor bewoners, handelaars en pendelaars niet te overzien kunnen zijn. Een degelijke mobiliteitsstudie voor de ganse binnenstad dringt zich op.
‘Tot dusver werd in de Antwerpse districtsraad alleen een plan van heraanleg MET autoverkeer voorgesteld. Op dat plan waren trouwens nog heel wat opmerkingen. Over een autovrije Nationalestraat werd in de districtsraad tot dusver NOOIT gesproken. Vorige zondag droomt Van Campenhout luidop in Wakker op Zondag en ’s maandags is dit wilde idee ineens een agendapunt op het districtscollege. Ik heb dan ook ernstige twijfels over de snelheid die men wil halen in dit dossier. Zo’n ingrijpende wijziging kan alleen maar op basis van grondig studiewerk en kan je niet zomaar één-twee-drie uit je mouw schudden. Het autovrij maken van de Nationalestraat heeft enorme consequenties voor de ganse verkeersafwikkeling in de binnenstad. Dit moet allemaal eerst in kaart gebracht worden voor men wilde plannen lanceert. Met dit plan dreigen de verkeersstromen zich te verleggen van een doorgangsstraat naar woonstraten, net het tegenovergestelde van wat we willen bereiken.
We hebben net ons akkoord gegeven op het autovrij maken van de Suikerrui en de Oude Koornmarkt. Als je dat combineert met het voorstel, dat blijkbaar circuleert over het afsluiten van de Meirbrug en bijkomend eventueel een autovrije Nationalestraat, dan riskeert het centrum van de stad wel eens helemaal vast te staan. Het kan en mag toch niet de bedoeling zijn om de (ja ook auto-) mobiliteit, van de bewoners en bezoekers van onze stad volledig onmogelijk te maken. Ik vrees dat bewoners en bezoekers zich zo minder welkom zullen voelen in de stad.’
Momenteel zijn er teveel vragen die onbeantwoord blijven, waardoor Kennis zich noch voor-, noch tegenstander wil noemen.